De auto beschikt over een Traction Control-systeem (TCS) dat het doorslippen van de wielen voorkomt. Het systeem werkt als het waarneemt dat een of beide aandrijfwielen slippen of tractie verliezen. Wanneer dat gebeurt, remt het systeem het/de doorslippende wiel(en) en/of vermindert het vermogen om doorslippen te beperken.
Het is mogelijk dat u het systeem hoort of voelt wanneer het werkt, maar dat is normaal.
TCS wordt automatisch ingeschakeld als de auto wordt ingeschakeld ter ondersteuning van de richtingsregeling van de auto. Om het slippen van de wielen te beperken, moet u het systeem altijd laten aanstaan, vooral in gladde wegomstandigheden.
Maar u kunt TCS uitzetten indien dit nodig is.
Wanneer de auto wordt gestart en begint te rijden, voert het systeem verschillende diagnosecontroles uit om te controleren of er geen problemen zijn.
Het is mogelijk dat u het systeem hoort of voelt wanneer het werkt. Dit is normaal en duidt niet op een probleem met de auto. Het systeem moet ingeschakeld zijn voordat de auto een snelheid van 32 km/h (20 mph) bereikt. In sommige gevallen kan het ongeveer 3,2 km (2 mi) duren voordat het systeem gestart wordt.
TCS kan worden geactiveerd op droge of oneffen wegen of bij bepaalde omstandigheden zoals zwaar accelereren in bochten of bij plotselinge veranderingen in output van de elektrische aandrijving.
Wanneer dit gebeurt, merkt u mogelijk een vermindering van de versnelling op of hoort u een geluid of trilling. Dit is normaal.
knippert om aan te geven dat TCS actief is. Zie Traction Controlsysteem (TCS)/StabiliTrak®-lamp.
Als er een probleem is gedetecteerd met TCS, wordt de melding SERVICE TRACTION CONTROL (onderhoud voor tractieregelsysteem) getoond op het Driver Information Center (DIC). Zie Berichten van het rijregelsysteem. Wanneer dit bericht verschijnt en gaat branden en blijft branden, kunt u veilig met de auto rijden, maar werkt het systeem niet. De rijstijl moet dienovereenkomstig worden aangepast.
Als aangaat en blijft branden, moet u het systeem opnieuw instellen.
Voor het resetten:
Als nog steeds aangaat en blijft branden, heeft de auto onderhoud nodig.
Let op!: Rem niet herhaaldelijk of versnel niet te fel wanneer TCS uitstaat. Hierdoor kan de aandrijving van het voertuig beschadigd worden.
TCS kan worden uitgeschakeld door de knop TCS/ESC in de dakconsole kort in te drukken. Als TCS is uitgeschakeld, gaat branden en wordt het bijbehorende DIC-bericht ook weergegeven. Zie Berichten van het rijregelsysteem. Met TCS uitgeschakeld beperkt het systeem het doorslippen van de wielen niet. De rijstijl moet dienovereenkomstig worden aangepast. Zie Lampje voor tractie uit.
Druk de TCS/ESC-knop opnieuw kort in om het systeem opnieuw in te schakelen.
Het kan nodig zijn om het systeem uit te schakelen als de auto vastraakt in zand, modder of sneeuw en u de auto snel heen en weer moet rijden om de auto los te krijgen. Zie Als de auto vastgeraakt is.
Het toevoegen van accessoires die niet van GM zijn, kan de prestaties van de auto beïnvloeden. Zie Accessoires en wijzigingen.
...
De auto is uitgerust met Elektronische stabiliteitsregeling (ESC) die StabiliTrak wordt genoemd. Dit is een geavanceerd computergestuurd systeem dat helpt de richting van de auto onder moeilijke r ...
Infiniti Q30 (H15) Instructieboekje (2016-2019). Als uw auto oververhit raakt
WAARSCHUWING
Blijf niet doorrijden als de motor van
uw voertuig
oververhit raakt. Er kan dan brand in het voertuig ontstaan.
Open de motorkap nooit als u stoom naar
buiten ziet komen.
...
Chevrolet Volt Instructieboekje (2011-2019). Elektrische aandrijving
P (parkeren): In deze stand zijn de voorwielen geblokkeerd. Dit is de
beste positie bij het starten van het aandrijfsysteem, want de auto kan
niet gemakkelijk in beweging komen.
R (achteruit) ...