Infiniti Q30 (H15) Instructieboekje (2016-2019): Geschatte koerslijnen gebruiken bij het parkeren

WAARSCHUWING

• Indien de banden vervangen zijn door banden met verschillende afmetingen, dan kunnen de geschatte koerslijnen mogelijk niet juist worden weergegeven.
• Op besneeuwde of gladde wegen kunnen de geschatte koerslijnen mogelijk verschillen van de werkelijke koerslijnen.
• Deweergegevenlijnen liggen ietsmeer naar rechts omdatde achteruitrijcamera niet in hetmiddenvan de achterkant van de auto is gemonteerd.
• Als de accu ontkoppeld wordt of leeg raakt, worden de geschatte koerslijnen mogelijk onjuist weergegeven. Doe als dit gebeurt het volgende:

• Draai het stuurwiel van het ene uiteinde tot het andere terwijl de motor draait.
• Rijd langer dan 5 minuten op een rechte weg.

• Wanneer u aan het stuurwiel draait terwijl de contactschakelaar in de ACC-stand staat, worden de geschatte weglijnen misschien onjuist weergegeven.

De voertuigbreedtelijnen en de geschatte koerslijnen worden in verhouding breder op het scherm weergegeven dan de werkelijke breedte en koers eigenlijk zijn.

1. Kijk voordat u parkeert of de parkeerplek veilig is.
2. Het zicht achter de auto wordt op het scherm weergegeven A zoals afgebeeld wanneer u de schakelhendel in de R-stand (achteruit) heeft gezet.

3. Rijd rustig achteruit en draai zodanig aan het stuurwiel dat de geschatte koerslijnen B in de parkeerplek passen C .
4. Bij het achteruit inrijden van de parkeerplaats C moet u ervoor zorgen het stuur zodanig te draaien dat de voertuigbreedtelijnen D parallel komen te liggen aan de parkeerruimte C .
5. Druk zodra de auto helemaal op de parkeerplaats geparkeerd is op de P-knop (parkeren) en activeer de parkeerrem.

Schakelen tussen de verschillende beelden

De weergave op het scherm van de Around View Monitor kan geselecteerd worden door op <CAMERA> te drukken of door de schakelhendel in een andere stand te zetten.

Druk op de <CAMERA>-knop: Wanneer er op de <CAMERA>-knop gedrukt wordt terwijl een ander scherm dan het camerascherm getoond wordt, zal de Around View Monitor in werking treden en zullen de voorweergave en de bovenweergave op het schermverschijnen. Drukop de <CAMERA>-knop om over te schakelen op de voorweergave en voor-zijweergave.