Instructieboekje aandachtig

Infiniti Q30 (H15) Instructieboekje (2016-2019): Controlelampjes

Controlelampjes richtingaanwijzers/ waarschuwingsknipperlichten

De controlelampjes voor de richtingsaanwijzers knipperen wanneer de richtingaanwijzer of waarschuwingsknipperlichten aangezet worden.

Zie "Schakelaars koplampen en richtingaanwijzers" verderop in dit hoofdstuk en zie "Schakelaar waarschuwingsknipperlichten" in hoofdstuk "6. In geval van nood" voor aanvullende informatie.

Controlelampje dimlicht

Dit lampje gaat branden wanneer de schakelaar in de volgende stand wordt gezet:   De koplampen gaan aan en de zijlichten, achterlichten, nummerplaatverlichting en dashboardverlichting blijven aan.

Controlelampje elektronisch stabiliteitsregeling (ESP) OFF

Dit lampje gaat branden als de elektronische stabiliteitsregeling (ESP) uitgeschakeld is. Dit geeft aan dat het ESP-systeem niet is ingeschakeld.

Door het ESP-systeem uit te schakelen, zal het autonoom noodremsysteem niet meer beschikbaar zijn. Zie "Autonoom noodremsysteem (FEB - Forward Emergency Braking) (indien aanwezig)" in hoofdstuk "5. Starten en rijden" voor meer details.

Dit lampje gaat ookeven branden als de contactschakelaar naar de ON-stand wordt gedraaid.

Het lampje gaat na ongeveer 1 seconde uit als het ESP-systeem in werking is.

Wanneer het controlelampje ESP OFF en het SLIP-controlelampje (zie "Controlelampje wielslip" verderop in dit hoofdstuk) gaan branden wanneer de elektronische stabiliteitsregeling (ESP) aan staat, maakt dat de bestuurder erop attent dat de noodloopfunctie van het systeem in werking is. Dit betekent dat het systeem misschien niet goed werkt. Laat het systeem nakijken door uw INFINITI-centrum of een erkend garagebedrijf.

Bij een eventuele storing in het systeem zal de werking vanhet ESP-systeem worden uitgeschakeld maar kan er nog steeds met de auto gereden worden. Zie voor meer informatie "Elektronische stabiliteitsregeling (ESP - Electronic Stability Programme) (voor Europa)" in hoofdstuk "5. Starten en rijden".

Controlelampje mistvoorlampen

Het lampje gaataanwanneer de mistlampenaan de voorzijde worden aangezet.

"Mistlampschakelaar" verderop in dit hoofdstuk).

Controlelampje gloeibougie (Dieselmotoren)

Dit lampje gaat branden wanneer het contactslot in de ON-stand wordt gezet en gaat uit als de gloeibougies voldoende zijn voorverwarmd.

Als de motor koud is, wordt de opwarmtijd voor de gloeibougies langer.

Controlelampje grootlichtassistent (indien aanwezig)

Het controlelampje gaat branden wanneer de koplampen gaan branden terwijl de koplampschakelaar in de AUTO-stand staat en grootlicht geselecteerd is. Dit geeft aan dat de grootlicht assistent operationeel is. (Zie 2-59.)

Controlelampje grootlicht

Dit lampje brandt als het grootlicht is ingeschakeld en gaat uit alsuoverschakelt naar dimlicht.

Controlelampje mistachterlichten

Het lampje gaat branden als het mistachterlicht wordt aangezet. "Mistlampschakelaar" verderop in dit hoofdstuk).

Controlelampje stadslichten en koplampen

Dit lampje gaat branden wanneer u voor de stadslicht- of koplampenstand kiest, zie. "Schakelaars koplampen en richtingaanwijzers" verderop in dit hoofdstuk voor aanvullende informatie.

Controlelampje wielslip

Het SLIP-controlelampje knippert als de ESP-stabiliteitsregeling werkt, en attendeert de bestuurder er dan op dat het wegdek glad is en de auto weinig grip heeft.

Het is mogelijk dat u hoort of voelt dat het systeem in werking is. Dit is normaal.

Het controlelampje zal een aantal seconden blijvenknipperen nadat het ESP-systeem is gestopt met het beperken van de wielslip.

Cruise control of Intelligent Cruise Control is uitgeschakeld.

Zie voor meer informatie "Controlelampje elektronisch stabiliteitsregeling (ESP) OFF" eerder in dit hoofdstuk en "Elektronische stabiliteitsregeling (ESP - Electronic Stability Programme) (voor Europa)" in hoofdstuk "5. Starten en rijden".

Statuslampje voorpassagiersairbag

Het statuslampje voorpassagiersairbag () op het middenconsole boven de schakelhendel gaat branden wanneer de voorpassagiersairbag wordt uitgezet. Wanneer de voorpassagiersairbag wordt ingeschakeld gaat het statuslampje voor de voorpassagiersairbag () (ON) branden.

Zie voor meer informatie "Systeem voor automatische uitschakeling van voorpassagiersairbag" in hoofdstuk "1. Veiligheid—stoelen, veiligheidsgordels en aanvullend veiligheidssysteem".

    Waarschuwingslampjes

    Zie ook "Voertuiginformatiedisplay" verderop in dit hoofdstuk. Waarschuwingslampje antiblokkeerremsysteem (ABS) Wanneer de contactschakelaar in de ON-stand staat, gaat het waarschuwingslampje v ...

    Geluidssignalen

    Waarschuwingszoemer parkeerrem Er zal een zoemer klinken als u wegrijdt terwijl de parkeerrem niet is vrijgegeven. Breng de auto tot stilstand en geef de parkeerrem vrij. Waarschuwingssignaal voor ...

    Zie ook:

    Hyundai i30 Instructieboekje (2016-2024). Bandenspanning controleren
    Controleer de bandenspanning, inclusief die van het reservewiel, minstens eenmaal per maand. Controle Gebruik een bandenspanningsmeter van een goede kwaliteit om de bandenspanning te meten. Het ...

    Opel Ampera Instructieboekje (2011-2016). Algemene informatie
    Service-informatie Het is voor de bedrijfs- en verkeersveiligheid en voor het behoud van de waarde van uw auto belangrijk dat alle servicewerkzaamheden met de voorgeschreven intervallen worden ui ...

    Instructieboekje