Instructieboekje aandachtig

Opel Ampera Instructieboekje (2011-2016): Opladen

Deze paragraaf licht het opladen van de hoogspanningsaccu van de auto toe. Laat de auto niet langdurig op plekken met externe temperaturen staan zonder te rijden of zonder deze op het stopcontact aan te sluiten.

Bij temperaturen van minder dan -25 °C moet de auto op het stopcontact aangesloten blijven om goed te kunnen werken en opdat de hoogspanningsaccu zo lang mogelijk meegaat.

Bij temperaturen van minder dan 0 °C of meer dan 32 °C raden wij echter aan de auto op het stopcontact aan te sluiten.

Door het oplaadsysteem kunnen er ventilatoren en pompen gaan werken waardoor er bij het uitschakelen geluiden uit de auto klinken. Ook kan de bij het opladen gebruikte elektrische apparatuur klikkende geluiden maken.

Als de oplaadkabel in de auto steekt, kunt u niet rijden.

Programmeerbare laadmodi

Druk op totdat Opladen verschijnt.

Er zijn drie modi voor programmeerbaar opladen.

Druk vanuit het statusscherm oplaadmodus op Selecteer laadmodus

Programmeerbare laadmodi

Selecteer een optie:

  • Onmiddellijk bij aansluiting
  • Vertraagd op basis van starttijd
  • Vertraagd op basis van elektr.tarieven en starttijd

Status oplaadmodus Onmiddellijk:

Programmeerbare laadmodi

De auto begint met opladen zodra deze op een stopcontact aangesloten is.

Vertraagd (starttijd):

Programmeerbare laadmodi

De auto schat de begintijd van het opladen met het oog op de geprogrammeerde vertrektijd voor de huidige dag van de week. Het opladen begint op de begintijd en is op de vertrektijd alleen voltooid als er na het aansluiten van de oplaadkabel voldoende tijd is.

Vertraagd (tarief en starttijd):

Programmeerbare laadmodi

De auto schat de begintijd van het opladen met het oog op het stroomtariefschema, het voorkeursstroomtarief en de geprogrammeerde vertrektijd voor de huidige dag van de week.

De auto laadt gedurende de nachtstroomtijden zodanig op dat de accu op de vertrektijd volledig opgeladen is. Vraag voor deze modus bij uw elektriciteitsleverancier om informatie over de stroomtarieven op het oplaadpunt.

Vertrektijd invoeren

Druk op het scherm Status vertraagde oplaadmodus op Bewerken om de vertrektijd voor elke dag van de week te wijzigen.

Vertrektijd invoeren

  1. Druk op de dag op deze te wijzigen.
  2. Druk op + of − om de uren en minuten te wijzigen.
  3. Druk op Terug om wijzigingen op te slaan en terug naar het vorige menu te gaan.

Oplaadniveau selecteren

Het oplaadniveau kan op het Colour- Info-Display worden geselecteerd.

Druk op totdat Opladen verschijnt.

Met de instelling Selecteer voorkeur voor laadniveau kan de klant het oplaadniveau van de auto zodanig selecteren dat het overeenkomt met de capaciteit van het oplaadpunt. Bij het gebruik van een draagbare oplaadkabel begrenst de instelling Selecteer voorkeur voor laadniveau de elektrische stroom. Bij het gebruik van een oplaadstation heeft deze functie geen gevolgen voor het opladen. Als de auto na het aansluiten van de stekker tekens stopt met opladen of als een circuitonderbreker steeds blijft springen, kan het selecteren van een lager voorkeursoplaadniveau het probleem verhelpen.

Oplaadniveau selecteren

Het voorkeursoplaadniveau moet zodanig worden geconfigureerd dat het overeenkomt met de nominale stroomsterkte van het stopcontact waarop de oplaadkabel aangesloten is. De instellingen voor het voorkeursoplaadniveau zijn:

  • Maximaal - -- Amps: Beperkt de wisselstroomsterkte tot 10 A
  • Verminderd - -- Amps: Beperkt de wisselstroomsterkte tot 6 A
Waarschuwing Als de capaciteit van het elektrische circuit of het stopcontact onbekend is, gebruik dan alleen het laagste oplaadniveau totdat de capaciteit van het circuit door een deskundige monteur is vastgesteld. Bij een oplaadniveau dat de capaciteit van het elektrische circuit of het stopcontact te boven gaat, is er kans op brand of schade aan het elektrische circuit.

Bij gebruik van een 230 V wisselstroomstopcontact duurt het ong.

6 uur om de auto met de wisselstroominstelling van 10 A op te laden of 11 uur met de wisselstroominstelling van 6 A. Bij gebruik van een 230 V oplaadstation met een stroomsterkte van 16 A wisselstroom duurt het opladen van de auto ong. 4 uur.

De oplaadtijden variëren afhankelijk van de buitentemperatuur.

De precieze stroomsterkteniveaus voor een bepaalde regio kunnen afwijken van de in deze handleiding vermelde waarden. Controleer de auto op beschikbare niveaus.

Pas de instelling Selecteer voorkeur voor laadniveau vóór het opladen van de auto aan.

De instelling voor Voorkeursoplaadniveau kan te allen tijde worden gebruikt zo lang als het Colour-Info-Display werkt.

Oplaadtarief selecteren

Druk op het scherm Vertraagd tarief en Status oplaadmodus vertrektijd op Bewerken.

Oplaadtarief selecteren

Selecteer één van de volgende opties:

  • Zomertariefschema elektriciteit bewerken/Wintertariefschema elektriciteit bewerken/Jaartariefschema elektriciteit bewerken
  • Bewerk vertrektijden
  • Selecteer voorkeur laadtarief

Voorkeursoplaadtarief selecteren Druk vanuit het scherm vertrektijd en tarief informatie op Selecteer voorkeur laadtarief.

Oplaadtarief selecteren

Druk op één van de volgende opties voor Selecteer voorkeur laadtarief:

  • Opladen tijdens piek-, middenpieken daluren: De auto kan opladen gedurende elke tarief periode om de volgende geplande vertrektijd na te komen. Echter, het systeem laadt zodanig op dat de totale oplaadkosten zo laag mogelijk zijn.
  • Opladen tijdens middenpiek- en daluren: De auto laadt uitsluitend op tijdens daluren en/of minder drukke piekuren en laadt zodanig op dat de totale oplaadkosten zo laag mogelijk zijn.
  • Opladen tijdens daluren: De auto slaat uitsluitend tijdens daluren op.

Stroomtarievenschema selecteren

De stroomtarieven kunnen afhankelijk van de tijd, de dag in de week en het seizoen variëren.

Neem contact op met uw elektriciteitsleverancier voor informatie over de tarieven in uw regio. Leg de begindata voor zomer en winter vast om een zomer-/winterschema te kunnen hanteren.

Druk vanuit het scherm vertrektijd en tarief informatie op Selecteer schema elektr.tarieven.

Stroomtarievenschema selecteren

U hebt de keus uit twee stroomtarievenschema's: Zomer-/Winterschema of Jaarschema. Ga als volgt te werk om te bewerken:

  1. Druk op Zomer-/Winterschema of Jaarschema.
  2. Bewerken indrukken.

Begindatum Zomer-/winterschema invoeren Druk vanuit het scherm Selecteer schema elektr.tarieven op Zomer-/ Winterschema en op Bewerken.

Stroomtarievenschema selecteren

  1. ZomerStart indrukken.
  2. Druk op + of − om de maand en de dag voor het begin van de zomer in te stellen.
  3. WinterStart indrukken.
  4. Druk op + of − om de maand en de dag voor het begin van de winter in te stellen.
  5. Druk op Bewerk zomerschema of Schema winter bewerken om het dagschema voor stroomtarieven te bewerken.

Stroomtarievenschema bewerken

Druk vanuit het scherm Voer begin datum zomer/winter in op Bewerk zomerschema of Schema winter bewerken.

Druk vanuit het scherm Selecteer schema elektr.tarieven op Jaarschema en daarna op Bewerken.

Stroomtarievenschema selecteren

  1. Druk op Weekdag of Weekend.
  2. Druk naast de te wijzigen rij op Bewerken.

◆ Weekdagen zijn maandag t/m vrijdag, hetzelfde tarievenschema wordt gehanteerd.
◆ Weekenddagen zijn zaterdag en zondag, hetzelfde tarievenschema wordt gehanteerd.

Stel de schema's voor zowel weekdagen als het weekend in. Het tarievenschema geldt alleen voor een periode van 24 uur, die om 0:00 begint en om 0:00 eindigt. Voor elke dag kunnen vijf verschillende tarieven worden ingevoerd, die niet allemaal hoeven worden gebruikt.

De eindtijden moeten elkaar opvolgen.

Als een eindtijd niet later dan een begintijd is, verschijnt er een foutmelding.

Volg de instructies van deze melding.

Eindtijd stroomtarief bewerken

Druk op het betreffende schema stroomtarieven naast de te wijzigen rij op Bewerken.

Eindtijd stroomtarief bewerken

  1. Druk op + of − om de tijd aan te passen.
  2. Druk op Piek, Middenpiek of Dal om het stroomtarief te selecteren.
  3. Druk op Terug om wijzigingen op te slaan.

U kunt alleen de eindtijd bewerken.

De begintijd wordt automatisch in de tarieventabel ingevuld.

Stroomtarievenschema bekijken

Druk vanuit het scherm Selecteer schema elektr.tarieven op Bekijk zomerschema, Bekijk winterschema of Bekijk jaarschema.

Stroomtarievenschema bekijken

Oplaadmodus tijdelijk negeren en annuleren

Geprogrammeerde vertraagde oplaadmodi kunnen voor één oplaadcyclus tijdelijk worden genegeerd voor een onmiddellijke oplaadmodus. Ook kan de volgende geplande vertrektijd voor één oplaadcyclus tijdelijk worden genegeerd.

Ga als volgt te werk om een vertraagde oplaadmodus vanuit de auto tijdelijk te negeren en deze in onmiddellijke oplaadmodus te wijzigen:

1. Negeren indrukken.

Oplaadmodus tijdelijk negeren en annuleren

2. Druk op Opladen meteen bij aansluiten om de onmiddellijke oplaadmodus tijdelijk te negeren.

De herziene tijd voor opladen voltooid verschijnt automatisch.

Oplaadmodus tijdelijk negeren en annuleren

Druk op Annuleer tijdelijke laadmodus om het tijdelijk negeren en overgaan naar onmiddellijk te annuleren.

Ga als volgt te werk om vanuit de auto de volgende geplande vertrektijd tijdelijk te negeren:

1. Negeren indrukken.

Oplaadmodus tijdelijk negeren en annuleren

2. Druk op de toets + of – om Volgende vertrektijd te wijzigen.
3. Druk op Bevestig vertrektijd om Volgende geplande vertrektijd tijdelijk te negeren.

De herziene tijd voor opladen voltooid verschijnt automatisch in het scherm voor de tijdelijke oplaadmodus.

De tijdelijke vertrektijd kan alleen worden aangepast voor dezelfde dag als de oorspronkelijke volgende geplande vertrektijd. Ook accepteert de auto geen tijdelijke vetrektijd die eerder dan het huidige tijdstip op die dag is.

Oplaadmodus tijdelijk negeren en annuleren

Annuleer het tijdelijk negeren van de volgende vertrektijd door onderaan het aanraakscherm voor de tijdelijke oplaadmodus op Annuleer tijdelijke vertrektijd te drukken.

Pop-up Opladen negeren / onderbreken

Pop-up Opladen negeren / onderbreken

Er verschijnt een pop-up bij onbedoeld verlies van wisselstroomspanning tijdens het opladen. Bijvoorbeeld bij een stroomstoring of het ontkoppelen van de oplaadkabel uit het stopcontact.

Programmeerbaar opladen gedeactiveerd

Programmeerbaar opladen gedeactiveerd

Wanneer het programmeerbare laadsysteem uitgeschakeld is, verschijnt op het scherm - -:- - in plaats van de tijd voor het geheel opladen. Als de eindtijd voor het opladen niet betrouwbaar kan worden geschat, wordt het programmeerbare oplaadsysteem gedeactiveerd. Raadpleeg een werkplaats als het programmeerbare oplaadsysteem steeds wordt gedeactiveerd.

Opladen starten

1. Zorg dat de auto geparkeerd en uitgeschakeld is.
2. Open de klep van de oplaadaansluiting door op de achterste rand te drukken en deze los te laten.

Opladen starten

Opladen starten

3. Open de achterklep, til de vloerbedekking op en haak deze met de lus aan het zijpaneel vast.

Haal de oplaadkabel eruit.

Opladen starten

Trek aan de hendel van de oplaadkabel om deze uit de clip van de hendel te halen. Til de oplaadkabel omhoog en trek deze achterwaarts uit de auto. De autostekker is opgeborgen zoals getoond.

4. Sluit de oplaadkabel aan op het stopcontact. Controleer of de lampen voor de status van de oplaadkabel beide groen zijn.

Selecteer zoals bovenstaand beschreven het juiste oplaadniveau met het scherm Selecteer voorkeur voor laadniveau op het Colour-Info-Display.

Waarschuwing Als de capaciteit van het elektrische circuit of het stopcontact onbekend is, gebruik dan alleen het laagste oplaadniveau totdat de capaciteit van het circuit door een deskundige monteur is vastgesteld. Bij een oplaadniveau dat de capaciteit van het elektrische circuit of het stopcontact te boven gaat, is er kans op brand of schade aan het elektrische circuit.

Elektrische vereisten.

Oplaadkabel.

Opladen starten

5. Sluit de autostekker van de oplaadkabel aan op de oplaadaansluiting op de auto. Controleer of de lampen voor de status van de oplaadkabel beide groen zijn.

Oplaadstatus.
6. Druk op de knop e op de handzender om het diefstalalarm voor de oplaadkabel op scherp te zetten.

Handzender.

Persoonlijke instellingen.

Opladen beëindigen

1. Druk op de knop c op de handzender om het diefstalalarm voor de oplaadkabel op onscherp te zetten.

Handzender.

Opladen beëindigen

2. Ontkoppel de autostekker van de oplaadkabel van de auto.
3. Sluit de klep van de oplaadaansluiting door krachtig op de achterste rand van het klepoppervlak te drukken.
4. Trek de oplaadkabel uit het stopcontact.

Opladen beëindigen

Opladen beëindigen

5. Leg de kabel in de opbergruimte.

Geprogrammeerde onderdrukking opladen

Negeer tijdelijk vertraagd opladen door de oplaadkabel van de oplaadaansluiting los te koppelen en weer binnen vijf seconden aan te sluiten.

De claxon piept één keer en het opladen begint onmiddellijk.

Annuleer het tijdelijk negeren door de oplaadkabel los te koppelen, 10 seconden te wachten en de oplaadkabel weer aan te sluiten. De claxon piept twee keer en het opladen wordt uitgesteld.

Opladen programmeren op het Colour- Info-Display.

Oplaadstatus

Oplaadstatus

De auto heeft een lamp voor de oplaadstatus bij het midden van het instrumentenpaneel bij de voorruit. Als de auto op het stopcontact aangesloten is en de auto uit staat, geeft de lamp oplaadstatus het volgende aan:

  • Ononderbroken groen, één claxonpiepje: Stekker van de auto zit in stopcontact. Accu is niet geheel opgeladen.

     

    Accu wordt opgeladen.

  • Ononderbroken groen of langzaam knipperend groen, vier claxonpiepjes: Onvoldoende tijd voor geheel opladen tot vertrektijd.
  • Ononderbroken groen, twee claxonpiepjes: De auto laadt nu op maar wordt ten minste één keer vóór vertrektijd uitgesteld.
  • Langzaam knipperend groen, twee claxonpiepjes: Stekker van de auto zit in stopcontact. Accu is niet geheel opgeladen. Opladen van accu wordt uitgesteld.
  • Snel knipperend groen, geen claxonpiepje: Stekker van de auto zit in stopcontact. Accu is geheel opgeladen.
  • Ononderbroken geel, geen claxonpiepje: Stekker van de auto zit in stopcontact. Na het aansluiten van een geschikte oplaadkabel op het stopcontact is het normaal dat de lamp oplaadstatus gedurende enkele seconden geel wordt. Anders heeft het oplaadsysteem een storing gedetecteerd en laadt het de accu niet op.
  • Geen lichtsignaal (bij aansluiten) - Geen claxonpiepjes: Controleer de aansluiting van de oplaadkabel.
  • Geen lichtsignaal (na indicatie van de groene of gele oplaadstatusindicator) - Geen claxonpiepjes: Controleer de aansluiting van de oplaadkabel.

     

    Storingsindicatielamp.

Als er geen lichtsignaal is maar de claxon herhaaldelijk piept, is de voeding onderbroken voordat het opladen kon worden voltooid.

Ga als volgt te werk om dit alarmsignaal te beëindigen:

  • Ontkoppel de oplaadkabel.
  • Druk op op de handzender.
  • Houd op de handzender ingedrukt en druk opnieuw in om het paniekalarm te stoppen.
  • Druk op de claxon.

Persoonlijke instellingen.

Gedurende een van de bovenstaande situaties kan het systeem de accu thermisch conditioneren. Dan moet er elektrische energie naar de auto worden overgebracht.

Als de auto op het stopcontact aangesloten is en de auto aan staat, brandt de lamp oplaadstatus ononderbroken groen. Dit geldt ook voor Motoronderst. verwarming aangesl.

als de stekker van de auto in het stopcontact zit.

Als de auto op het stopcontact aangesloten is en de lamp oplaadstatus uit staat, is er een oplaadstoring gedetecteerd.

Oplaadkabel

Gevaar Er is een kans op elektrische schokken met mogelijk letsel of de dood als gevolg. Gebruik de oplaadkabel niet als deze ook maar enigszins beschadigd is. De klep van de oplaadkabel niet openen of verwijderen. Onderhoud alleen door geschoold personeel. Sluit de oplaadkabel met onbeschadigde kabels op een goed geaard stopcontact aan.

Onder de afdekking van de vloer in de bagageruimte ligt een draagbare oplaadkabel voor het opladen van de hoogspanningsaccu van de auto.

Belangrijke informatie over het opladen van de auto met een draagbaar oplaadapparaat

  • Het opladen van een elektrisch voertuig kan het elektrische systeem van een gebouw meer belasten dan bij een gewoon huishoudelijk apparaat.
  • Laat het elektrische systeem (stopcontact, bekabeling, aansluitingen en beveiligingen) voordat u de auto op een stopcontact aansluit door een deskundige monteur inspecteren en controleren op geschiktheid voor zwaar gebruik bij een continue belasting van 10 A.
  • Bij normaal gebruik en mettertijd kunnen stopcontacten versleten of beschadigd raken. In dat geval zijn ze niet geschikt voor het opladen van een elektrisch voertuig.
  • Controleer het stopcontact/de stekker tijdens het opladen en stop met het gebruik ervan als het stopcontact/ de stekker heet is en laat het stopcontact door een deskundige monteur nakijken.
  • Sluit een voertuig in de open lucht aan op een stopcontact dat bij gebruik weersbestendig is.
  • Ontlast de oplaadkabel voor zo min mogelijk druk op het stopcontact/de stekker.

Waarschuwing Oneigenlijk gebruik van oplaadkabels voor draagbare oplaadapparaten kan brand, elektrische schokken of brandwonden en daardoor materiële schade, ernstig letsel of de dood veroorzaken.

  • Gebruik geen verlengkabels, stekkerblokken, splitters, massa-adapters, randaardebeveiligingen of soortgelijke apparaten.
  • Gebruik geen stopcontact dat versleten of beschadigd is of een exemplaar waarbij de stekker niet stevig zit.
  •  Gebruik geen stopcontact zonder een goede massaverbinding.
  • Gebruik geen stopcontact op een circuit met andere elektrische verbruikers.

Oplaadniveau selecteren

Waarschuwing Als de capaciteit van het elektrische circuit of het stopcontact onbekend is, gebruik dan alleen het laagste oplaadniveau totdat de capaciteit van het circuit door een deskundige monteur is vastgesteld. Bij een oplaadniveau dat de capaciteit van het elektrische circuit of het stopcontact te boven gaat, is er kans op brand of schade aan het elektrische circuit.

Let op Bij een lager oplaadniveau neemt de oplaadtijd toe.

Selecteer het oplaadniveau met het scherm Voorkeursoplaadniveau selecteren op het Colour-Info-Display, Oplaadniveau selecteren.

Elektrische vereisten

Voorzichtig Laad de auto niet met draagbare of vaste generatoren op. Hierdoor kan het oplaadsysteem van de auto beschadigd raken. Laad de auto uitsluitend via het openbare stroomnet op.

Oplaadniveau selecteren.

In de modus beperkt niveau hoeft u geen apart circuit te gebruiken, maar is de oplaadtijd langer.

Deze auto is geschikt voor opladen met standaard oplaadapparatuur die aan een of meerdere van de volgende normen voldoet:

  • SAE J1772™
  • SAE J2847-2
  • IEC 61851-1
  • IEC 61851-22
  • IEC 61851-23
  • IEC 61851-24
  • IEC 62196-1
  • IEC 62196-2
  • IEC 62196-3
  • ISO 15118

Onderstaand staan de minimale vereisten voor het toelaatbare mechanische vermogen voor circuits voor het opladen van deze auto: 230 V/10 A

Waarschuwing Als de capaciteit van het elektrische circuit of het stopcontact onbekend is, gebruik dan alleen het laagste oplaadniveau totdat de capaciteit van het circuit door een deskundige monteur is vastgesteld. Bij een oplaadniveau dat de capaciteit van het elektrische circuit of het stopcontact te boven gaat, is er kans op brand of schade aan het elektrische circuit.

Alle oplaadapparatuur voor elektrische auto's vermeldt de maximale elektrische capaciteit aan de auto en de auto beperkt het opladen tot deze waarde. Volg de instructies over het selecteren van de oplaadcapaciteit van de fabrikant van de apparatuur.

De auto kan met speciale apparatuur (bijv. GM Wallbox) op 16 A worden opgeladen. Deze apparatuur moet door een deskundige monteur direct op het stroomnet worden aangesloten.

Hierdoor wordt de oplaadtijd minimaal.

Circuit met 230 V/32 A zijn al geschikt voor toekomstige auto-oplaadtoepassingen.

Raadpleeg uw werkplaats voor nadere informatie.

    Bestuurdersondersteuningssystemen

    Waarschuwing Bestuurdersondersteuningssystemen zijn ontwikkeld om de bestuurder te ondersteunen en niet om zijn aandacht te vervangen. De bestuurder aanvaardt de volledige verantwoordelijkheid ...

    Brandstof

    ...

    Zie ook:

    Škoda Rapid (NH) Instructieboekje (2012-2019). Gebruik bij winterse omstandigheden
    Allweather-banden- (of "winter")-banden Allweather- of "winter"-banden (aangeduid met M+S en een bergtop-/sneeuwvloksymbool ) verbeteren de rijeigenschappen van de wagen in winterse omstandighede ...

    Škoda Rapid (NH) Instructieboekje (2012-2019). Climatronic (automatische airconditioning)
    Afb. 111 Bedieningselementen van de Climatronic Afzonderlijke functies kunnen worden ingesteld resp. ingeschakeld door de draaiknop te draaien of de betreffende toets in te drukken afb. 111. ...

    Instructieboekje